Minder voortijdige schoolverlaters

Steeds meer jongeren sluiten hun opleiding af met een diploma. Het aantal jongeren dat vorig schooljaar in het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs voortijdig de schoolbanken verliet, daalde met bijna 2000.

Voortijdige schoolverlaters zijn jongeren die van school gaan zonder een diploma op het niveau van minimaal mbo niveau 2. In het schooljaar 2001-2002 verlieten nog zo’n 71.000 leerlingen voortijdig de schoolbanken. Nu is dat aantal gedaald tot iets minder dan 26.000. Het kabinet heeft als doelstelling dat het er volgend jaar niet meer dan 25.000 zijn.

Minister Bussemaker van Onderwijs gaat met mbo-scholen afspraken maken over de verdeling van geld. Scholen die laten zien dat ze werk maken van beter onderwijs, worden daarvoor beloond. Volgens de minister is de aanpak van voortijdig schoolverlaten daarbij een belangrijk thema.

Scholing belangrijkste arbeidsvoorwaarde

Werknemers laten zich niet meer paaien met een strijkservice op het werk of een fitnessafdeling in de kelder van het kantoor. Ze hebben veel liever ruime mogelijkheden voor aanvullende opleidingen.

Dit blijkt uit het Grote Beloningsonderzoek van het NRC Handelsblad en Vlerick Business School. Zelfs de leaseauto en vakantiedagen scoorden hierin slechter dan de mogelijkheid om je als werknemer verder te kunnen ontplooien. Een goede pensioenvoorziening en mogelijkheden om thuis te kunnen werken scoorden respectievelijk als tweede en derde.

Volgens onderzoeksleider professor Xavier Baeten zijn standaardpakketten secundaire arbeidsvoorwaarden niet meer van deze tijd. Ze kosten werkgevers veel geld terwijl medewerkers liever zelf hun pakketten kiezen. Deze laatsten hebben meer behoefte aan flexibiliteit. De mogelijkheid hiertoe draagt volgens Baeten ook bij aan de medewerkerstevredenheid.

 

75 miljoen voor ambachten

Minister Bussemaker van Onderwijs trekt dit jaar 75 miljoen euro extra uit voor mbo-scholen die daarmee technische en andere ambachtelijke opleidingen overeind kunnen houden en promoten.

Specialistische vakmensen vormen een onmisbare schakel in de economie en samenleving, vindt Bussemaker. Maar de kleine specialistische opleidingen hebben het moeilijk. Ze trekken steeds minder studenten, onder meer door onbekendheid. Terwijl de kans op een baan in deze ambachten juist goed is. Het gaat bijvoorbeeld om prothesemaker, schoenmaker, restauratiemedewerker en pianotechnicus.

Ongeveer 1 procent van de mbo-studenten zit nu op een opleiding voor zo’n specialistisch beroep. Met het extra geld kunnen de scholen hun vakdocenten behouden, opleidingen vernieuwen of met andere scholen samenwerken.

In Nederland zijn 285.000 ambachtsbedrijven met een jaaromzet van ongeveer 110 miljard euro. Zeker 774.000 mensen verdienen er hun brood.

Detailhandel groeit

Voor het eerst in vijf jaar tijd trekt de detailhandel weer aan. Vorig jaar werd er 1 procent meer verkocht dan in het jaar ervoor, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Vooral de bouwmarkten, de drogisterijen en de winkels in consumentenelektronica verkochten in 2014 weer meer. Winkels in huishoudelijke artikelen, kledingwinkels en textielsupermarkten verloren nog wel omzet, maar de daling was kleiner dan in voorgaande jaren. In de voedingsindustrie was ook een omslag te zien. Na drie jaren van krimp werd er vorig jaar 1,3 procent meer verkocht. Dat kwam met name door de supermarkten. Die deden het beter dan in de jaren ervoor. Vooral online is er veel groei. De omzet van internet- en postorderbedrijven steeg met 10 procent ten opzichte van het jaar ervoor.

Slijters

De Koninklijke Slijtersunie (KSU) heeft FHKN benaderd met de vraag een onderzoek te doen naar de opleidingswensen bij slijterijmedewerkers. Extra vraag was deze mensen nader te laten kennismaken met de diensten van de KSU.

De aftrap voor het onderzoek was in februari jongstleden. Medewerkers van FHKN hebben hiervoor slijters bezocht in Den Haag, Amsterdam en diverse locaties in Brabant en Utrecht. Momenteel worden de uitkomsten bekeken en beoordeeld. Afhankelijk van de resultaten en behoeften zal in een later stadium een groter aantal slijterijen bezocht worden.